Stigma. Een zwaar woord dat klinkt alsof het in een museum thuishoort – iets dat allang had moeten verdwijnen. Maar de realiteit? Het is nog steeds overal aanwezig. Stigma voelt als een ongevraagd cadeau dat je niet kunt negeren, niet kunt weggooien en dat altijd aandacht trekt. Het is gewoon altijd ‘daar’. Soms lijkt dat cadeau zelfs harder te spreken dan jijzelf, en bepaalt het hoe anderen je zien nog voordat jijzelf iets hebt kunnen zeggen.
De Last van mijn Labels
Voor mij draait stigma vaak om mijn agorafobie, trauma of hoogbegaafdheid – partycrashers die mijn leven zijn binnengekomen zonder uitnodiging. Trauma roept snel oordelen op, terwijl hoogbegaafdheid vaak alleen maar wordt gezien als: “dus jij bent enorm slim en onthoudt alles wat je leest?” En dan is er agorafobie, een stoornis waar veel mensen het bestaan niet eens van kennen. Weinig mensen snappen meteen wat het inhoudt, en hoewel ik het graag uitleg, zegt dat gebrek aan kennis iets over het beperkte begrip dat er is.
Voor al deze drie labels geldt in mijn situatie: iedereen heeft er een mening over, maar écht begrip blijft zeldzaam. Stigma bepaalt hoe de wereld je ziet, zelfs als je zelf nog steeds aan het uitzoeken bent wie je eigenlijk bent. Dat is misschien nog wel het pijnlijkste: dat je zelf nog aan het ontdekken bent, terwijl de wereld al lang een oordeel heeft geveld.
Hoe Stigma Ongemerkt Je Leven Overneemt
Stigma is altijd daar. Het sluimert in de ongemakkelijke glimlach van een kennis als ik vertel over mijn angststoornis. Het leeft in die beladen stilte na: “oh, dat had ik niet van jou verwacht.” En het zit diep in mijn eigen hoofd, waar het me constant influistert dat ik tekortschiet. Dat irritante gevoel dat je nooit goed genoeg bent, nooit sterk genoeg, nooit ‘normaal’ genoeg.
Zelfstigma: De Kritische Stem Die Altijd Wint
Ik ben een expert in zelfstigma. Als ik een euro kreeg voor elke keer dat ik mezelf naar beneden heb gepraat, was mijn studieschuld allang weggewerkt. Het zijn niet zomaar gedachten: het zijn hele toneelstukken in mijn hoofd, met een publiek dat vastberaden weigert te klappen. Hoe hard ik ook probeer over te komen als iemand die alles onder controle heeft, wanneer ik in mijn eentje ben voelt het vaak alsof ik een waardeloze act heb opgevoerd.
Ik herinner me die ochtenden waarop ik mezelf probeerde te overtuigen dat mijn pijn niet erg genoeg was. Dat verpletterende gewicht op mijn borst, terwijl ik mezelf hyperventilerend toesprak dat anderen het erger hadden, en dat ik gewoon door moest. Maar als je elke dag dat gevecht voert, wordt het bijna onmogelijk om je eigen gevoelens serieus te nemen. En dan die eeuwige twijfel: stel ik me aan? Ben ik echt zo zwak?
Soms ben ik zo verstrikt in wat anderen van me denken, dat ik mezelf compleet kwijtraak. Het is alsof ik eindeloos auditie doe voor een jury die me toch nooit goedkeurt. En wanneer de wereld zegt: “Je hebt toch alles om gelukkig te zijn, waar klaag je over?” maakt dat de stem van zelfkritiek alleen maar feller.
Hoe Stigma Zich Verbergt in Dagelijkse Interacties
Wat het meest pijn doet, is dat stigma vaak stilletjes binnenkruipt. Het zijn die kleine, sneaky momenten: zoals de kennis die je ineens minder vaak ziet. De werkgever die nét iemand anders kiest nadat jij open en eerlijk was over je depressie. Familieleden die je behandelen alsof je fragiel bent, alsof je elk moment kan breken. Het zijn die onuitgesproken oordelen die vaak meer pijn doen dan harde woorden.
Goedbedoeld Advies dat Je Alleen Maar Kleiner Maakt
Dan zijn er de goedbedoelde adviezen: “Misschien moet je gewoon wat meer naar buiten gaan.” Alsof frisse lucht al je problemen magisch oplost. Of: “Anderen hebben het zwaarder,” alsof dat jouw worsteling minder echt maakt. Iemand in mijn nabije omgeving zei ooit: “Je moet er gewoon niet zoveel aan denken.” Misschien aardig bedoeld, maar het slaat de plank volledig mis en negeert compleet hoe diep en complex het allemaal is.
Daarnaast zei een bekende me ooit: “Ach, Bo, iedereen heeft het wel eens moeilijk. Dat hoort bij het leven.” Oké, sure, dat is waar. Maar dat maakt mijn gevecht met mezelf niet minder echt. Het minimaliseert de jarenlange strijd die ik heb gevoerd om grip te krijgen op angst, trauma en depressies. Het zorgt ervoor dat je je schaamt voor je eigen kwetsbaarheid, voor het feit dat je simpelweg mens bent.
De Onzichtbare Invloed op Je Zelfbeeld
Stigma doet misschien wel de meeste pijn in de relatie met jezelf. Het beïnvloedt hoe je naar jezelf kijkt, of je jezelf überhaupt de toestemming geeft om hulp te vragen. Ik voel vaak schaamte om hulp te vragen – niet omdat ik denk dat ik alles alleen moet doen, maar omdat ik bang ben dat mensen me ‘gebroken’ zullen vinden. Dat constante gevoel, dat je je pijn moet rechtvaardigen, dat je jezelf klein moet houden terwijl je al keihard probeert te overleven, is er vaker dan ik zou willen toegeven.
Soms vraag ik me af of het ooit makkelijker wordt om gewoon eerlijk te zeggen dat ik een slechte, zware dag heb. Dat zelfs de simpelste dingen, zoals uit bed komen, soms al een onmogelijke opgave lijken. Ik zie het ook bij anderen: mensen die vechten met zichzelf, maar zich te veel schamen om dat hardop te zeggen. Mensen die zich schuldig voelen omdat ze een dag op de bank liggen, terwijl de rest van de wereld productief lijkt te zijn. Hoe vaak zijn we niet veel te streng voor onszelf, terwijl we gewoon wat mildheid nodig hebben? Want eerlijk, we verdienen het toch om af en toe even te mogen toegeven dat alles gewoon even ruk is?
Tijd Voor Een Nieuwe Kijk (Zonder Preek, Beloofd)
Ik wil niet dat dit voelt als een inspirerende TED-talk die je probeert een ongemakkelijk schuldgevoel aan te praten. Maar ik hoop dat je even stil kunt staan bij hoe snel we elkaar (en onszelf!) in hokjes duwen. Het lijkt zo menselijk, dat labelen. Maar weet je wat ook menselijk is? Mildheid. Nieuwsgierigheid.
We hebben allemaal verhalen die niet in een diagnose passen. Dus laten we het idee loslaten dat mensen een stempel nodig hebben. Laten we ruimte geven voor het totaalplaatje. Laten we proberen te begrijpen dat mensen meer zijn dan hun angst, meer dan hun pijn, meer dan het label dat ze ooit hebben gekregen. En als we dan toch bezig zijn, kunnen we ook wel wat zachter zijn voor onszelf.
Stigma blijft misschien dat lelijke cadeau dat blijft rondslingeren, maar het hoeft niet de hoofdrol te spelen. De enige sticker die er echt toe doet, is de sticker ‘mens’.
Want dat zijn we. En dat verdienen we.
Herken jij ook bepaalde stigma’s in jouw leven? Wat zou je willen dat anderen hierover beter begrijpen?
Heel veel liefs,
Bo


